donderdag 2 december 2010

Bijna 2 jaar.


Zaterdag is Ravian al twee jaar dood.
Vandaag was ook een rare dag: twee jaar geleden was het ook donderdag, de dag voor de Sinterklaasviering op de scholen. Alleen viel dat toen op 4 december.
Na het werken ging ik naar huis, en 's avonds was hij dood.
Nog steeds weet ik precies hoe die dag verliep, welk verhaal ik had gedaan met de klassen, dat er een aanvaring was met een jongetje, welke juffen er op school waren.
Toen ik driekwart jaar later mijn tas doorkeek omdat ik weer moest gaan werken, vond ik daar nog het 'Metro'-krantje van 4 december 2008.

Twee jaar verder.
Vorig jaar had het vreemd genoeg nog iets feestelijks. Een jaar volbracht, één cirkel rond. Alle dagen, alle feesten, alles voor het eerst zonder hem. Alsof er nu een nieuwe opening ontstond. Wat nu?
Maar nu, weer een jaar verder, is het vooral kaal en leeg. Goed, weer een jaar verder. En heeft het hem terug gebracht? Nee. Hij is nog steeds niet terug. Hij komt nooit meer terug.

Elke dag zie ik hem lopen: in lange, slungelige jongens op straat, in een passerende trein, op de fiets, in een groepje andere jongens. Soms heeft er één net zo'n soort motoriek, en zie ik zo'n joch lachen en bewegen als mijn kind. Maar mijn jongen loopt en lacht daar niet tussen, mijn jongen is dood. In zijn kast liggen nog steeds zijn kleren, alles gewassen en opgevouwen. In het begin kwam er nog wel eens, onderuit de wasmand, een shirt of een broek van hem. Nu nooit meer.
Ik denk er wel eens aan, alles in te pakken en op te bergen,want hij gaat zijn kleding nooit meer nodig hebben. Maar ik kan het nog niet. Ik moet er niet aan denken alles in een vuilniszak te stoppen, en dan...? Eerst nog twee jaar in de kelder zetten? Want ik kan het niet zomaar in een container gooien.
In die kast liggen ook al zijn schriften, opschrijfboekjes, dingen met zijn handschrift er op, zijn 'toverboek' waarin hij spreuken opschreef. Ik durf er niet eens naar te kijken.

Het wordt ook niet makkelijker.
De glans die er in het begin ook nog was, ondanks alles, verdwijnt. De herinnering aan hoe mooi hij was toen hij opgebaard lag, de glans van de andere wereld, al dat licht... dat raakt verder en verder weg. En langzaam blijft vooral het onomkeerbare over, het gemis, het al twee jaar niet meer met hem gesproken en gelachen te hebben, al twee jaar niet meer zijn gekke grapjes en zijn dwarse buien en zijn sleutel in het slot en het geluid van zijn tas die hij op de grond gooit.
"Hoi mam,"
"Hallo schatje."

Het lijkt er op alsof ik eindelijk op de grond ben beland en het is geen zachte landing.

Heel typerend vind ik de volgende foto. Tussen alle droef kijkende mensen met omlaag gerichte blik kijk ik omhoog. Omhoog naar het roosvenster waar het licht doorheen viel, het licht waarin ik zocht naar mijn kind.

zondag 21 november 2010

Nieuwe viool


Het schiet niet erg op met het blog de laatste tijd... te veel andere dingen te doen.

Omdat de eerste viool toch wel een goedkoop dingetje was, kreeg ik al snel het idee dat er toch een goed instrument nodig was. Eén dat met me mee kan groeien, één dat echt bij me past.
Het uitzoeken daarvan was net zoiets als met de toverstokken op Hogwarts: veel proberen... bij het ene instrument wist ik meteen dat die het niet was, hoe mooi ook, met het andere was niets mis, maar het was niet het mijne...
Uiteindelijk zijn er twee mee naar huis gegaan, en wist ik al vrij snel welke het moest worden.
Toen nog een strijkstok die erbij paste... en nu ben ik helemaal gelukkig met mijn viool.

zaterdag 4 september 2010

Vioolles


Sinds twee weken heb ik vioolles.
Ik heb eerder fluit, blokfluit, altblokfluit, piano en lier gespeeld (en een paar kampvuur-liedjes op de gitaar), maar ik zei altijd: "In een volgend leven ga ik viool spelen."
Toen iemand er één te koop had, heb ik zonder aarzelen gezegd: ja, IK.
Want het is ook te idioot... waarom wachten tot een volgend leven? Alleen maar omdat ik in dit leven waarschijnlijk toch nooit meer op het concertpodium kom te staan? Tenslotte kan ik met de euritmie op het podium, mochten daar mijn ambities liggen.
En toen had ik na drie weken zelf wat aan-rommelen ook een viooljuf gevonden. Een jong Russisch meisje, heel klein, maar stevig en doortastend. Ik heb alle vertrouwen in haar kunnen.

Ik vind het ontzettend leuk, en het gaat ook best vlug.
Het strijken, dat is echt oefenen, eindeloos veel oefenen. Als je scheef strijkt, gaat de toon knarsen, en dat geeft dat bekende 'kattengejank'. Maar als je recht strijkt, is dat geluid er binnen een paar weken uit.
Dus inmiddels oefen ik thuis op alle liedjes die ik kan bedenken, en doe keurig mijn strijkoefeningen. Zeker een uur per dag, meestal langer.
Ik heb het helemaal te pakken.

dinsdag 17 augustus 2010

Terug van weggeweest



Na twee weken in het bos zijn we weer thuis.

Het was heerlijk in het bos: zo vanuit het tuinhekje tussen de bomen. En wat voor bomen.. het Speulderbos schijnt één van de oudste bossen in het land te zijn.
Het was ook erg gemakkelijk daar te verdwalen: al op de eerste wandeling die ik met de meiden maakte, verdwaalden we. Maar dat was eigenlijk niet zo heel erg. Het was wel spannend. We waren op zoek naar de Toverberg, en die liet zich niet zo makkelijk vinden.


Normaal ben ik een bangerd, en durf ik niet alleen een bos in. Maar deze keer ben ik met de viool het bos in getrokken om boven op de grafheuvel te gaan spelen.
Hans kon het niet laten om een opmerking te maken als: en verder was er in de wijde omtrek niemand te zien? Goh, hoe zou dat nou komen...

Isolde vond het heerlijk om elke dag in de tuin te spelen. Er stond een struik met een rare bramensoort, ik ben de naam vergeten, maar het was iets Japans. Elke ochtend plukten we een bak bramen voor haar.

Ik had er nog weken kunnen blijven, elke dag het bos in, de wuivende bomen, bijna geen mensen... maar de tijd wacht voor niemand, zeggen ze.

woensdag 21 juli 2010

Steiner over de tonen

"... En als u zich de toon hier op aarde voorstelt (..) weet u: op het aardse vlak leeft dat alles in de lucht. Maar de natuurkundige voorstelling dat de luchtstructuren de toon uitmaken is eigenlijk maar een naïeve voorstelling. (...) Want denkt u zich eens in, hier is een stuk grond en daar staat een mens. De grond maakt toch wis en waarachtig de mens niet uit; maar hij moet er zijn zodat de mens erop kan staan, anders zou het menselijk bestaan niet mogelijk zijn. Maar u zult niet vanuit de grond de mens willen verklaren.
Zo moet de lucht er zijn om de toon een houvast te geven. Zoals de mens op de grond staat, zo heeft de toon, alleen in wat gecompliceerder vorm, zijn grondvlak, zijn weerstand in de lucht. De lucht heeft voor de toon niet meer betekenis dan de grond voor de mens die daarop staat. De toon streeft naar de lucht en deze geeft hem de mogelijkheid te staan.Maar de toon is iets geestelijks."

woensdag 14 juli 2010

Jan van het Water


Dit is Jan van het Water, de handpop die Ravian gemaakt heeft in de 6e klas. Soms mocht Jan bij mij slapen, soms sliep hij bij Ravian. Nu zit Jan op de kast, bij de draagdoeken.

zaterdag 10 juli 2010

Ida Gerhard- de Gestorvene

















De Gestorvene


Zeven maal om de aarde gaan,
als het zou moeten op handen en voeten;
zeven maal om die ene te groeten
die daar lachend te wachten zou staan.
Zeven maal om de aarde gaan
Zeven maal over de zeeën te gaan,
schraal in de kleren, wat zou het mij deren,
kon uit de dood ik die ene doen keren.
Zeven maal over de zeeën gaan -
zeven maal, om met z'n tweeën te staan.

Neuralgie

Van 2000 tot 2003 heb ik vreselijke last gehad van aangezichtspijnen.
Echt vreselijk. Zenuwpijn is een zeer gemene pijn. In het begin moest ik ademhalingsoefeningen doen om de pijn op te vangen, lag nachten wakker met het gevoel alsof iemand messen in mijn hoofd stak. Dokters wilden niet luisteren, stuurden me van het kastje naar de muur. Geen enkele 'normale' arts heeft in die tijd toegegeven dat het zenuwpijn was, terwijl ik het steeds gezegd heb. Uiteindelijk heeft een antroposofisch arts de diagnose gesteld, maar dat was de 6e of 7e arts die ik gezien heb.
Weliswaar kon die er ook niets aan doen, en ook de homeopaath en de natuurarts niet. Toen heb ik het opgegeven en de natuur haar werk maar laten doen: accepteren en hopen dat het weg ging.
Dat deed het, na drie jaar, waarin het langzaam uitdoofde.

Al die tijd is het weggebleven.
De laatste tijd heb ik het te druk gehad, je weet niet of het er iets mee te maken heeft gehad, maar het lukte me niet om voldoende rust voor mezelf te bevechten. Ik moest toch werken, oppasouders wilden hun kindjes brengen en ook nog wel eens extra dagen... en ik heb mijn grenzen niet duidelijk genoeg bewaakt.
En nu heb ik opnieuw zenuwpijn.

Niet dezelfde zenuw: eerst was het de aangezichtszenuw (trigeminus), nu is het volgens mij de occipitalis (achterhoofdszenuw). En godzijdank ook niet zo heftig als toen, maar toch behoorlijk vervelend.
Mijn ritmische masseuse/fysiotherapeute kan niets raars aan mijn nek ontdekken, maar daar komt het vandaan. Het kan allerlei oorzaken hebben: spanning met als gevolg teveel spanning in de nek of schouders, slijtage van de halswervels, maar heel vaak wordt er nooit een reden gevonden.

Wat ik wel zag vandaag, toen ik voor de etalage van een beddenzaak op Hans stond te wachten die een klamboe zocht, was een reclame voor zo'n speciaal hoofdkussen. Zo eentje van latex met een speciale vorm voor je nek zodat die niet in een gekke knak ligt.
De meneer van de beddenzaak heeft vier verschillende modellen aan laten dragen, de één net iets hoger (nee), de ander net iets harder (nee), de derde veroorzaakte een soort bult voor mijn ogen (te zacht en te hoog), maar de vierde was het.
Normaal lig ik op dons wat ik altijd half wegfrommel en indeuk, dus het zal wel wennen zijn, maar na een middagdutje werd ik toch zonder pijn wakker. Wie weet, het zou kunnen helpen.

Boekweitdopjes, waar Hans bij zweert, kan ik niet verdragen. Die zijn voor mijn altijd wel gevoelige hoofdzenuwen te hard. Het zal toch een zwakke plek zijn, neem ik aan.

maandag 5 juli 2010

Pa


Mijn vader is al sinds zijn jonge jaren alcoholist.
Toen mijn zussen en ik nog thuis woonden was dat al een ramp. Hij kon zo idioot doen dat we niemand mee naar huis wilden nemen. Hij was regelmatig agressief, bemoeide zich niet met de opvoeding, heeft mij jarenlang betast en begluurd. Ook toen al was hij een blaaskaak, een blufferd. We hebben daardoor geen goede band met hem.

Vlak voor Ravians geboorte heeft hij een zwaar auto-ongeluk gehad. Hij was dronken in een ravijn gereden. Daaraan heeft hij een hersenbeschadiging overgehouden, maar inmiddels is veel van de schade daarvan hersteld, behalve zijn geheugen. Maar inmiddels is duidelijk dat die geheugenschade nu door de drank veroorzaakt wordt: zijn thuiszorg-begeleidster is er van overtuigd dat hij Korsakov heeft. Maar hij wil het niet laten onderzoeken.

We maken al jaren de gekste dingen mee: hij heeft een man met zijn net gekochte wodka-fles tegen de vlakte geslagen. Hij ontsnapt uit een ziekenhuis met een gestolen rollator en loopt naar de slijterij en vervolgens naar huis, waar Eric hem dronken op de bank vond met zijn jas nog aan.

Maar inmiddels wordt het ook echt een grote last. Hij belt voortdurend op. Dan zegt hij: "Alles goed?"
"Wat denk je, pa, zou alles goed zijn?" zeg ik dan.
"Ja, haha, nee, alles goed dat kan natuurlijk niet, haha," en vervolgens verteld hij iets, wat dan ook, ongeveer acht keer achter elkaar. Alles gaat alleen maar over hem. Soms zeg ik minutenlang niets terug, maar dat hoeft ook niet, hij heeft dat niet eens door. Hij heeft een keiharde stem die door mijn ziel snijdt.
Jongste zus heeft al jaren helemaal geen contact, middelste zus neemt zo eens in het half jaar de telefoon op, en ik neem dan nog wel regelmatig op. Maar steeds vaker doe ik het niet. Dan belt hij, laat de beltoon het maximale aantal keren overgaan, belt meteen weer als ik niet opneem.
En dat dan op een dag nog rustig vier keer.
Het is een soort stalken, en ik word er steeds bozer om.
Ik neem nu al een week niet op, en ik denk dat hij wel 30 keer gebeld heeft in die week. Om van het geluid af te zijn haal ik de batterij uit de telefoon.

Als ik dan na een tijd toch opneem... het is toch wel zielig... kan ik na 10 minuten wel gillen.
Gék word ik er van. Ik heb wel wat anders aan mijn hoofd dan een lompe, grove dronkelap met de morele ontwikkeling van een rioolrat die alleen maar in zichzelf geinteresseerd is.
Natuurlijk is het triest, en kan iedereen dement worden, maar omdat hij vroeger ook al een afschuwelijke vader was, is er geen loyaliteit op grond van vroegere liefde.
Gezien hoe hij zich, zeker naar mij, vroeger gedragen heeft zou het niet zo gek zijn als ik hem nooit meer wilde zien. Maar ja, al die tussenliggende jaren heb ik ook contact met hem gehad, en ik vind het daarom raar om nu ineens boos te worden om iets dat al die jaren nooit besproken is.
Maar ik kan de man niet uitstaan.
En pas dacht ik voor het eerst, nadat hij tien keer achter elkaar had verteld dat hij hónderd zou worden, denk erom!... Ik wou dat hij dood was.
Ik moet er niet aan denken dat hij honderd wordt. Stel je voor, dan zit ik op mijn 75e nóg met die vent! Nou gaat dat ook niet gebeuren, want hij gaat rap achteruit. En het zal een ongelooflijke opluchting zijn als die man 'op zijn dooie rug ligt', zoals hij het zelf noemt.

En nog steeds, na best wel veel nadenken, kan ik gewoon niet begrijpen dat ik een kind van die man ben. Hoe heeft zo'n platvloers figuur, zonder hersens, zonder veel interesses, zonder smaak of esthetisch gevoel... nou een kind als ik kunnen krijgen? Ik snap er gewoon niks van.

Maar voorlopig is het een behoorlijk probleem. Hij heeft elke dag thuiszorg (godzijdank), en de gesprekken daarmee voer ik.
Ik denk ook wel eens: ik verbreek het contact. Het is niet mijn probleem dat hij zich dement heeft gedronken. En nog steeds doorgaat.
Maar dan stel ik me voor hoe hij altijd maar alleen zit en niemand heeft omdat iedereen hem vervelend vindt. Stel je voor dat hij zich ook ophangt omdat hij niets en niemand heeft behalve de drank. Hoe voel ik me dan?
Weegt de opluchting dan op tegen het schuldgevoel? Ik denk het wel, eigenlijk.

Père Lachaise

Een paar foto's van begraafplaats Père Lachaise te Parijs, van een paar jaar geleden.

O.a. het graf van F. Chopin.


zaterdag 3 juli 2010

Roekeloos

(foto uit 2006)

Hoe heerlijk ik het ook vind, mijn lieve kleine Isolde, hoe vol ik ook zit van Ravian, soms komt er ook iets anders bovendrijven.

Dan zeggen de meiden: "Mamma, vind je je leven nou niet saai? Je gaat alleen maar naar je werk, de begraafplaats, je zorgt voor Isolde en die oppaskindjes. Je gaat nooit meer uit."

Dan zeg ik met een klein stemmetje: "Maar ik vind mijn werk léuk."

Maar de laatste tijd begint zich ergens iets te roeren... als een draak die zijn staart beweegt.
Dan zou ik de zon weer willen zien opkomen terwijl ik door de stad loop. Of naar huis fiets terwijl de roes optrekt. En onverwacht veel auto's al weer ergens naar op weg zijn met mensen er in die ergens naar op weg zijn.
Soms wil ik niet alleen maar mamma zijn. Dan wil ik mijn schoenen in een hoek schoppen en dansen op blote voeten. Pedante discussies voeren met passanten in de nacht. Lachen. Huilen naar de maan.

En roekeloos zijn.
Te roekeloos zijn.

woensdag 30 juni 2010

Wirf dein Schweres- F. Nietzsche


Wirf dein Schweres in die Tiefe!
Mensch vergiss! Mensch vergiss!
Göttlich ist des Vergessens Kunst!
Willst du fliegen,
Willst du in Höhen heimisch sein;
Wirf dein Schwerstes in das Meer:
hier ist das Meer, wirf dich ins Meer!
Göttlich ist des Vergessens Kunst!

dinsdag 29 juni 2010

Nog een schilderij


Nadat ik met Katrin euritmie gedaan had vanochtend, en we de evolutiereeks in oranje beweging, gele sluier gedaan hadden... dit schilderij gemaakt.

maandag 28 juni 2010

Schilderij


Weer eens de schilderskwast ter hand genomen.

woensdag 23 juni 2010

Binnenkort...

Binnenkort komt deze dan bij ons wonen!

http://www.kleinsmekker.dk/product.asp?product=476

Beroemd in draagland, de Kleinsmekker.
Behoorlijk onbetaalbaar, ik heb deze dan ook geruild voor een doek waar ik destijds niet zo veel voor betaald heb en die opeens enorm in waarde gestegen is. Anders had ik het echt niet gedaan.

Het begin is er..


De steen is aangekomen bij de 'steenhouwer'.
Hij is net zo mooi als ik me herinnerde, en ik zou hem het liefst mee naar huis nemen.
In de zon glinstert het kwarts.

We hebben een lettertype uitgezocht, dat met de hand uitgehakt moet worden. Anders werd het zandstralen, en daarin was niet alleen veel minder keus, maar ook alleen maar lelijke keus... alsof je kon kiezen uit 'Times New Roman', 'Arial' en 'Arial Black'. Het was het gewoon niet.
Maar die prijzen....!
Alles wat te maken heeft met geboorte en dood wordt onmiddellijk in prijs verdrievoudigd.
En zowel voor je baby als voor je dierbare overledene wil je alleen het allerbeste, nietwaar?
Alleen de namen en data komen al op 700 euro.

En eigenlijk willen we nog een klein zinnetje.
Het is alleen heel lastig om daarin tot overeenstemming te komen. Alles wat ik mooi vind, vindt Eric te -sofisch. 'Hier Rust..' willen we geen van beiden.
Na het afwijzen van heel veel zinnetjes ('In Hoogten van Hoop'? "Gaat het niet worden," zei Eric resoluut) zijn we het over één ding eens: voor 20 euro per letter moet het toch maar een kórt zinnetje worden.

vrijdag 11 juni 2010

Bril



Isolde
Denise
Hans à la Wim de Jong
Eric à la Herman Brusselmans
Morgan, pretty as ever



vrijdag 4 juni 2010

Heerlijke lesdag


Vanochtend had ik weer een heerlijke lesdag.
De laatste tijd lijkt mijn liefde voor de euritmie weer helemaal opgebloeid. Na mijn afstuderen heb ik me een tijd lang vooral gestort op het leren lesgeven. Mijn eigen liefde voor mijn vak was wel een beetje weg. Daarna kwam de zwangerschap, toen ging Roef dood, waardoor ik van het prille moederschap meteen in de rouw plonsde. En mijn hele ontwikkeling een heel ander proces werd.

Een half jaar geleden zei Hans nog eens tegen me, wat ik helemaal niet leuk vond: "Het zou schelen als je ook eens over iets anders praatte dan over baby's."
Vanochtend realiseerde ik me dat ik haast niet meer over baby's praat. Opeens borrelt er van alles omhoog: over karma, over de kunst, over Licht en Duister, over de liefde voor de mensheid die ik zó moeilijk vind op te brengen, over duizend-en-één vragen... vooral vragen. En het is niet eens zo van belang de antwoorden te vinden, het gaat om het stellen van de juiste vragen, zoals Parsifal ook moest leren op zijn zoektocht naar de Graal. En elke dag zijn er weer nieuwe vragen.

Ook ben ik Ravian gaan 'voorlezen', het lezen van spirituele teksten met hem in gedachten. Natuurlijk kunnen de gestorvenen niet werkelijk in woorden meelezen, het gaat om het innerlijke beleven dat ik heb tijdens het lezen, de 'echo' die het gelezene in de eigen ziel opwekt, dat kan de gestorvene meebeleven (zegt Steiner...)
Maar sinds ik dat een tijdje doe, is hij ook veel dichter bij, lijkt het, en kon gisteren zoiets als dat briefje gebeuren.

Ik denk ook wel dat het weer opnieuw innerlijk verbinden met de euritmie zijn weerslag heeft op de kinderen.
Ik had vanochtend de kleuters en klas 1/2. We doen nu het sprookje 'Doornroosje'. Ik merk dat ik het weer zó leuk vind, en dat de kinderen ook helemaal in het verhaal stappen. Ze zijn zo open en enthousiast, ze bewegen zo teer en puur, de lichte voetjes, de armpjes geopend naar het licht. Dat wekt dan in mij zo'n vreugde op en ook liefde voor de kleine mensenkindertjes.
Een paar jaar geleden heb ik al bedacht: hoe moeilijk ik het ook kan hebben met de mensen, die zo lomp en dom kunnen zijn, zo bot in het verkeer, zo alleen maar voor RTL4 zittend... van kinderen heb ik maar hoogst, hoogst zelden een afkeer. Dus begin ik maar daar, in mijn geworstel rondom de liefde voor de mensen: bij de kinderen.

En vanochtend in de bus terug, bedacht ik opeens: die vreugde die me dit vandaag gaf, die gevoelens van liefde, dat moet ik teruggeven aan de geestelijke wereld. Hier, Ravian, deze innerlijke 'bloem', die is voor jou. En ook voor de wezens die meeweven aan het aardse leven. En ach, misschien ook gewoon voor de aarde zelf.

donderdag 3 juni 2010

Briefje van de andere kant?


Het laatste jaar voor Ravian overleed, kon hij vaak heel boos op mij zijn. Natuurlijk besef ik ook dat een kind zich uitleeft op degene die het dichtste bij staat, en die je dus uit kunt schelden juist omdat je weet dat die altijd van je blijft houden.
Maar omdat het zo slecht is afgelopen, denk ik nog heel vaak aan zijn boze brief naar mij, en de dingen die hij gezegd heeft, dat hij me een vreselijk wijf vindt en dat soort dingen. Ik ben ook bang dat hij nu nog steeds boos op me is. Soms denk ik er aan dat ik zelf ooit door de poort van de dood ga, en dat hij dan aan de andere kant staat en kwaad is en me haat.
En natuurlijk weet ik dat hij, toen hij een sjaal op school maakte met letters er op, dat hij toen mijn naam er op maakte. En dat hij altijd naar huis wilde en het nergens anders langer dan een dag uithield, maar het gevoel is er toch.

Vandaag zocht ik iets in de kast waar alle papieren opgeborgen liggen.
Eerst vond ik een foto die ik niet meer kende, van Ravian als kleuter. Ach, wat een schattig kind was hij toch, met zijn lange blonde haartjes en tere gezichtje.
Daarna vond ik de boze brief, die ene hele boze brief.

Maar opeens fladderde er iets naar beneden:
Een heel klein briefje waar in Ravians handschrift op stond:
I love you.
Met een hartje er onder.

vrijdag 28 mei 2010

Gelukt

Gisteren zijn Eric, Peter en ik naar Soesterberg gereden om de steen uit te zoeken.
We waren er behoorlijk snel uit. Het scheelt dat we wisten wat we wilden: een witte, ruwe steen, niet te groot, voor aan het 'hoofdeinde'.
Het is een gelaagde kwartsiet geworden, die aan de achterkant grijs bleek te zijn, met wat reliëf op de voorkant. (Zoek op de Norvold site, 'Bianco wit')

Nu nog nadenken over wat er op moet.
Natuurlijk naam en data, maar ik zou graag een klein zinnetje erbij hebben. En dat kan ik niet zomaar met mijn hoofd bedenken. Dat moet uit een andere laag komen, en ik hoop maar dat dat ook zal komen, als ik me er mee bezig houd en er meerdere nachten over slaap.

En dan de letters nog: ik wil geen 'plakletters', maar gegraveerd. Dat zal niet kunnen met zandstralen, dat zal echt met de hand moeten. En of de meneer op de hoek dat kan?

Ook twee prachtige stenen voor mezelf gezien.
Ik heb Eric geïnstrueerd over hoe ik het wil hebben. Ik ben toch wel een controlfreak eigenlijk... blijkbaar vertrouw ik er niet op dat ze het goed doen als ik er niet bij ben om de boel te regisseren.

maandag 17 mei 2010

Nog meer foto's

De schepping van de mens

Notre Dame de Belle Verrière

Johannes

Christus en de vier gevleugelde wezens



Nog wat foto's

Interieur


















Apostelen

Op de toren


Eén van de heerlijkste dingen vind ik het beklimmen van de toren.
Ik heb hoogtevrees, en daardoor is het een mengsel van vrees en vreugde. Maar om zo ver uit te kunnen kijken, hoog boven de aarde, in de gebieden waar alleen de vogels komen... en de gargouilles! Al duizend jaar zitten ze daar tegen de toren geplakt en kijken uit over het land.

Het labyrinth


Midden op de vloer van de kathedraal ligt een labyrinth, zoals in meerdere kathedralen, o.a. die van Reims. Dat van Chartres is heel bekend, en een soort blauwdruk voor andere labyrinthen. Ik heb het nu voor de derde keer gelopen. De eerste keer met mijn studiegenoten. Die keer was het heel bijzonder om samen die weg te gaan, en te worden opgewacht door de anderen in het midden, en vervolgens zelf ook weer anderen op te wachten die na mij kwamen. Alsof je vanuit de geestelijke wereld de zielen opwachtte, of misschien juist op de aarde de zielen opwachtte die nieuw kwamen.
De tweede keer stond vooral in het teken van de liefde. We waren toen nog niet zo lang bij elkaar en nog zo hoopvol en verliefd.
Deze derde keer was heel anders. Ik was moe, had weinig geslapen, en had aanvankelijk moeite met de verbinding vinden, omdat ik alleen maar achter een klein kind aanliep...
Ik had Isolde in de doek (de Vatanai Solsbury, met het labyrinth ingeweven!), en na een paar minuten begon ze te huilen. Eerst was het labyrinth vol met mensen. Wij lopen hem steeds in een rituele pas: twee passen vooruit, één terug. Dat duurt veel mensen te lang, die dan achter ons blijven, wel of niet willen inhalen... plus dat krijsende kind! Binnen een minuut of tien was het hele labyrinth vrijwel leeg, terwijl het de hele dag propvol was!
Ondanks Isoldes geschreeuw deed het labyrinth toch zijn werk. Deze keer lukte het niet om het te zien als een 'levensweg' of een gang naar binnen. Ik kon wel geconcentreerd blijven , maar het was veel meer 'in het moment'. En toen realiseerde ik me dat dat is wat het leven nu is: in het moment zijn. Ravian komt niet meer terug: het is wat het is. Ik heb weinig tijd voor mezelf: het is wat het is. De anderen worden groot en gaan straks weg en gaan nooit meer in hun babyschoentjes passen: het is wat het is. Verdriet en soms ook voorzichtige vreugde: het is wat het is.
En toen kwam ik toch weer herboren uit het labyrinth.

De kathedraal van Chartres


Hans, Isolde en ik zijn van donderdag tot zondag naar Chartres geweest. Ik was er al voor de derde keer. De eerste keer op kunstreis van de euritmie-academie, daarna een keer alleen met hans, en nu met onze dochter. Het is voor mij toch een soort bedevaart. De allereerste keer dat ik de kathedraal zag, had ik er een enorme afkeer van. Bij het eerste binnentreden moest ik er meteen weer uit, en ik voelde zo'n grote boosheid en woede. Ik haatte dat grote, dominante ding dat op de plaats van de druidenbron gebouwd was. Maar in de loop der dagen ging ik enorm van hem houden. Uiteindelijk zijn alle wegen die oprecht naar het goddelijke leiden gelijkwaardig.
Als ik nu de beelden zie, of de torens zie opdoemen, voel ik vooral heel veel liefde voor de kathedraal en de mensen die hem gebouwd hebben, en alle mensen die in duizend jaar tijd hun hogere gedachten daar gebracht hebben.

zondag 9 mei 2010

Moederdag!


Ik kreeg zowaar een kado voor moederdag, van mijn geliefde dochter Morgan!

Een cd van Susan Boyle.

De grapjas!

Maar daarna vond ik op Marktplaats een advertentie van 3 dozen boeken van Steiner, Lievegoed en nog een heleboel andere -sofenboeken! Echt een koopie.
Ik heb meteen gebeld om de deal te sluiten.

vrijdag 7 mei 2010

Steen


Vandaag met Eric en de grote meiden naar de begraafplaats geweest, wat nieuwe planten gebracht en zoals altijd een kaars aangestoken in zijn lantaarntje.
We vonden opeens dat het toch wel tijd werd voor een steen. Tot nu toe was het steencirkeltje altijd voldoende, en had ik nog niet echt behoefte iets toe te voegen. Maar dat standaard groene bordje aan het hoofdeinde... het wordt tijd voor een echte steen.

Dus zijn we op de terugweg 'Bruinstroop' binnen gelopen, de winkel in Gedenkstenen op de hoek.
Een oud en moeilijk te verstaan mannetje had al snel door wat we zochten, en vertelde dat we het beste de steen zelf uit konden gaan zoeken in Soesterberg, en dan zou de steen daarna naar Rotterdam vervoerd worden.

De Crooswijkse Begraafplaats vind ik erg mooi, en ik kom er bijna altijd graag.
Als kind wandelde ik al graag op begraafplaatsen. En nu helpt het me om te bedenken dat achter elke steen een verhaal ligt, dat bij ieder graf mensen horen die treuren. Het is zoiets algemeen menselijks om te rouwen om je gestorven geliefden. Het overkomt ieder van ons vroeger of later.
Desondanks lijkt er geen plaats voor te zijn. Geen kennis en begrip. Bedrijfsartsen die vinden dat het toch zo 'goed' voor je is om fijn snel weer aan de slag te gaan. Het leven gaat door! Hij zou niet willen dat je zo lang treurde. Je moet niet blijven hangen. En als er heel langzaam ook weer eens momenten komen dat het leven weer lokt, dat ik opeens weer blij kan zijn met de geur van de bloesems, weer plannen kan maken.. dan wordt dat geprezen en aangemoedigd.

Maar er gaat geen dag, bijna geen uur voorbij dat ik niet aan hem denk, aan mijn Ravian, mijn kind, dat zo zijn eigen weg gegaan is. Ik zie hem duizend keer voor me, lachend, bewegend, door de jaren heen. Ik zie hem ook dood voor me, zo rustig en mooi, zijn blik al gewend naar heel andere gebieden, waar ik hem maar zeer ten dele volgen kan.
Elke dag voel ik hem om me heen. Soms alsof hij me even een kus op mijn wang geeft, of meekijkt over mijn schouder naar zijn kleine zusje. "Lief hè, Raaf?" zeg ik hem dan.
Maar soms ook leer ik hem zien als veel groter dan dat. Bij zijn begrafenis heeft het gedicht geklonken 'Do not stand at my grave and weep', waarin beschreven wordt hoe de dode niet in het graf ligt maar terug te vinden is in de natuurbeelden, de regen, de sterren, de vogels in hun vlucht. Toen wist ik ook dat dat waar was, maar om het ook werkelijk te leren herkennen en zien... dat kost tijd.

En zo verstrijkt de tijd, de weken rijgen zich aaneen tot maanden, waarin ik hem probeer trouw nabij te zijn, mijn spreuken voor hem te zeggen, de verbinding te verzorgen door dit elke dag opnieuw te doen. Door mee te voelen hoe zijn ziel steeds groter en wijder wordt. Door beelden op te roepen uit zijn leven, hoe hij was. En ook door de plaats te verzorgen waar zijn beenderen rusten, overgegeven aan de donkere aarde, onbeweeglijk en stil.

woensdag 5 mei 2010

God's Grandeur- Gerard Manderley Hopkins, 1918


















THE WORLD is charged with the grandeur of God.
It will flame out, like shining from shook foil;
It gathers to a greatness, like the ooze of oil
Crushed. Why do men then now not reck his rod?
Generations have trod, have trod, have trod;
And all is seared with trade; bleared, smeared with toil;
And wears man’s smudge and shares man’s smell: the soil
Is bare now, nor can foot feel, being shod.


And for all this, nature is never spent;
There lives the dearest freshness deep down things;
And though the last lights off the black West went
Oh, morning, at the brown brink eastward, springs—
Because the Holy Ghost over the bent
World broods with warm breast and with ah! bright wings.



maandag 3 mei 2010

Pasfoto


Vanochtend bedacht ik me opeens dat ik zo graag weer eens naar de kathedraal van Chartres zou gaan... Ik ben er twee keer eerder geweest, en nog steeds verliefd op de kathedraal en de omgeving. Het is meivakantie, ik heb er het geld ook wel voor. Dus ik ga morgen eens kijken of ik treinkaartjes kan bestellen.
Maar: Isolde heeft nog geen ID, en aangezien ik alleen een ID-kaart heb en ze dus niet 'bijgeschreven' kan worden, moet ze een eigen ID.
Dus op naar de fotograaf voor een pasfoto van onze twee-jarige!

zondag 2 mei 2010

Ahriman


Onlangs kocht ik in Amsterdam deze Ostheimer van Ahriman.
Rudolf Steiner heeft veel over de twee tegenmachten geschreven en gesproken. In plaats van één 'duivel' of kwade macht spreekt hij over twee 'tegenmachten'. De ene, Ahriman, brengt de mens in de materie, in het verstarrende, het machinale. Maar hij heeft de mens ook de techniek gebracht. De ander, Lucifer, wil de mens weg van de aarde leiden, en brengt het oplossende, naar de illusie, het 'uit je dak gaan'. Maar hij heeft de mens ook de kunst gebracht.
"Wij hoeven Ahriman niet te haten en Lucifer niet te vrezen als zij de plaats hebben die hen toekomt" zegt Steiner.
En waar de mens vrij is van de beide tegenmachten, is in het eigen midden, in het hart.
Op de grote sculptuur 'de Mensheidsrepresentant' zie je een Christusfiguur, die ook voor ieder van ons staat, tussen de beide tegenmachten, één hand ten hemel geheven, de andere hand richting aarde. Zo staat hij tussen de beide krachten, en beheerst ze in zichzelf.

Zie ook: het Raadsel van de Sfinx, W. Mees
De mens en het kwaad, H.-W. Schroeder

Crash

Onze computer is een paar dagen helemaal gecrashed geweest.
We wisten niet hoe we het hadden. Mijn hele sociale netwerk lag plat!
Morgan en ik zaten elkaar aan te staren in de stilte: ons huis klonk gewoon niet meer hetzelfde zonder het geruststellende gebrom van ons oude, blauwe bakbeest.

Gelukkig kon Hans het maken door de harde schijven op een andere computer over te zetten.
Een snellere computer. Maar één die een heel ander geluid maakt. Een gebroken wit dingetje dat klinkt als een stofzuiger.
"Ach, ik zal er wel weer aan wennen," zei Morgan.

Maar het belangrijkste: we zijn er weer.

maandag 26 april 2010

Bloem


Gisteren waren we voor het eerst in de dierentuin.
Toen we koffie gingen drinken lag er op ons tafeltje een afgebroken tulp. Ik had onlangs in het therapeuticum een foto-expositie bewonderd van Mirthe Duindam, en ik wilde ook zo graag een mooie foto van een bloem maken. Deze leek er voor gemaakt.

Eerste bericht van Zwanenstein


Wij wonen met ons vijven, soms met ons zessen, in een weinig opzienbarende flat vlak bij het Kralingse Bos, aan een sloot waar dikwijls zwanen zwemmen. En de zwaan is mijn lievelingsdier.

Ik ben de moeder van het gezin.
Naast moeder euritmiste, en gastouder.

Ik heb vijf kinderen gekregen: Ramses, 19, Morgan, 18, Jorinde, 16, en Ravian, die niet ouder dan 12 geworden is. Dan de kleine Isolde van net 2.