vrijdag 28 mei 2010

Gelukt

Gisteren zijn Eric, Peter en ik naar Soesterberg gereden om de steen uit te zoeken.
We waren er behoorlijk snel uit. Het scheelt dat we wisten wat we wilden: een witte, ruwe steen, niet te groot, voor aan het 'hoofdeinde'.
Het is een gelaagde kwartsiet geworden, die aan de achterkant grijs bleek te zijn, met wat reliëf op de voorkant. (Zoek op de Norvold site, 'Bianco wit')

Nu nog nadenken over wat er op moet.
Natuurlijk naam en data, maar ik zou graag een klein zinnetje erbij hebben. En dat kan ik niet zomaar met mijn hoofd bedenken. Dat moet uit een andere laag komen, en ik hoop maar dat dat ook zal komen, als ik me er mee bezig houd en er meerdere nachten over slaap.

En dan de letters nog: ik wil geen 'plakletters', maar gegraveerd. Dat zal niet kunnen met zandstralen, dat zal echt met de hand moeten. En of de meneer op de hoek dat kan?

Ook twee prachtige stenen voor mezelf gezien.
Ik heb Eric geïnstrueerd over hoe ik het wil hebben. Ik ben toch wel een controlfreak eigenlijk... blijkbaar vertrouw ik er niet op dat ze het goed doen als ik er niet bij ben om de boel te regisseren.

maandag 17 mei 2010

Nog meer foto's

De schepping van de mens

Notre Dame de Belle Verrière

Johannes

Christus en de vier gevleugelde wezens



Nog wat foto's

Interieur


















Apostelen

Op de toren


Eén van de heerlijkste dingen vind ik het beklimmen van de toren.
Ik heb hoogtevrees, en daardoor is het een mengsel van vrees en vreugde. Maar om zo ver uit te kunnen kijken, hoog boven de aarde, in de gebieden waar alleen de vogels komen... en de gargouilles! Al duizend jaar zitten ze daar tegen de toren geplakt en kijken uit over het land.

Het labyrinth


Midden op de vloer van de kathedraal ligt een labyrinth, zoals in meerdere kathedralen, o.a. die van Reims. Dat van Chartres is heel bekend, en een soort blauwdruk voor andere labyrinthen. Ik heb het nu voor de derde keer gelopen. De eerste keer met mijn studiegenoten. Die keer was het heel bijzonder om samen die weg te gaan, en te worden opgewacht door de anderen in het midden, en vervolgens zelf ook weer anderen op te wachten die na mij kwamen. Alsof je vanuit de geestelijke wereld de zielen opwachtte, of misschien juist op de aarde de zielen opwachtte die nieuw kwamen.
De tweede keer stond vooral in het teken van de liefde. We waren toen nog niet zo lang bij elkaar en nog zo hoopvol en verliefd.
Deze derde keer was heel anders. Ik was moe, had weinig geslapen, en had aanvankelijk moeite met de verbinding vinden, omdat ik alleen maar achter een klein kind aanliep...
Ik had Isolde in de doek (de Vatanai Solsbury, met het labyrinth ingeweven!), en na een paar minuten begon ze te huilen. Eerst was het labyrinth vol met mensen. Wij lopen hem steeds in een rituele pas: twee passen vooruit, één terug. Dat duurt veel mensen te lang, die dan achter ons blijven, wel of niet willen inhalen... plus dat krijsende kind! Binnen een minuut of tien was het hele labyrinth vrijwel leeg, terwijl het de hele dag propvol was!
Ondanks Isoldes geschreeuw deed het labyrinth toch zijn werk. Deze keer lukte het niet om het te zien als een 'levensweg' of een gang naar binnen. Ik kon wel geconcentreerd blijven , maar het was veel meer 'in het moment'. En toen realiseerde ik me dat dat is wat het leven nu is: in het moment zijn. Ravian komt niet meer terug: het is wat het is. Ik heb weinig tijd voor mezelf: het is wat het is. De anderen worden groot en gaan straks weg en gaan nooit meer in hun babyschoentjes passen: het is wat het is. Verdriet en soms ook voorzichtige vreugde: het is wat het is.
En toen kwam ik toch weer herboren uit het labyrinth.

De kathedraal van Chartres


Hans, Isolde en ik zijn van donderdag tot zondag naar Chartres geweest. Ik was er al voor de derde keer. De eerste keer op kunstreis van de euritmie-academie, daarna een keer alleen met hans, en nu met onze dochter. Het is voor mij toch een soort bedevaart. De allereerste keer dat ik de kathedraal zag, had ik er een enorme afkeer van. Bij het eerste binnentreden moest ik er meteen weer uit, en ik voelde zo'n grote boosheid en woede. Ik haatte dat grote, dominante ding dat op de plaats van de druidenbron gebouwd was. Maar in de loop der dagen ging ik enorm van hem houden. Uiteindelijk zijn alle wegen die oprecht naar het goddelijke leiden gelijkwaardig.
Als ik nu de beelden zie, of de torens zie opdoemen, voel ik vooral heel veel liefde voor de kathedraal en de mensen die hem gebouwd hebben, en alle mensen die in duizend jaar tijd hun hogere gedachten daar gebracht hebben.

zondag 9 mei 2010

Moederdag!


Ik kreeg zowaar een kado voor moederdag, van mijn geliefde dochter Morgan!

Een cd van Susan Boyle.

De grapjas!

Maar daarna vond ik op Marktplaats een advertentie van 3 dozen boeken van Steiner, Lievegoed en nog een heleboel andere -sofenboeken! Echt een koopie.
Ik heb meteen gebeld om de deal te sluiten.

vrijdag 7 mei 2010

Steen


Vandaag met Eric en de grote meiden naar de begraafplaats geweest, wat nieuwe planten gebracht en zoals altijd een kaars aangestoken in zijn lantaarntje.
We vonden opeens dat het toch wel tijd werd voor een steen. Tot nu toe was het steencirkeltje altijd voldoende, en had ik nog niet echt behoefte iets toe te voegen. Maar dat standaard groene bordje aan het hoofdeinde... het wordt tijd voor een echte steen.

Dus zijn we op de terugweg 'Bruinstroop' binnen gelopen, de winkel in Gedenkstenen op de hoek.
Een oud en moeilijk te verstaan mannetje had al snel door wat we zochten, en vertelde dat we het beste de steen zelf uit konden gaan zoeken in Soesterberg, en dan zou de steen daarna naar Rotterdam vervoerd worden.

De Crooswijkse Begraafplaats vind ik erg mooi, en ik kom er bijna altijd graag.
Als kind wandelde ik al graag op begraafplaatsen. En nu helpt het me om te bedenken dat achter elke steen een verhaal ligt, dat bij ieder graf mensen horen die treuren. Het is zoiets algemeen menselijks om te rouwen om je gestorven geliefden. Het overkomt ieder van ons vroeger of later.
Desondanks lijkt er geen plaats voor te zijn. Geen kennis en begrip. Bedrijfsartsen die vinden dat het toch zo 'goed' voor je is om fijn snel weer aan de slag te gaan. Het leven gaat door! Hij zou niet willen dat je zo lang treurde. Je moet niet blijven hangen. En als er heel langzaam ook weer eens momenten komen dat het leven weer lokt, dat ik opeens weer blij kan zijn met de geur van de bloesems, weer plannen kan maken.. dan wordt dat geprezen en aangemoedigd.

Maar er gaat geen dag, bijna geen uur voorbij dat ik niet aan hem denk, aan mijn Ravian, mijn kind, dat zo zijn eigen weg gegaan is. Ik zie hem duizend keer voor me, lachend, bewegend, door de jaren heen. Ik zie hem ook dood voor me, zo rustig en mooi, zijn blik al gewend naar heel andere gebieden, waar ik hem maar zeer ten dele volgen kan.
Elke dag voel ik hem om me heen. Soms alsof hij me even een kus op mijn wang geeft, of meekijkt over mijn schouder naar zijn kleine zusje. "Lief hè, Raaf?" zeg ik hem dan.
Maar soms ook leer ik hem zien als veel groter dan dat. Bij zijn begrafenis heeft het gedicht geklonken 'Do not stand at my grave and weep', waarin beschreven wordt hoe de dode niet in het graf ligt maar terug te vinden is in de natuurbeelden, de regen, de sterren, de vogels in hun vlucht. Toen wist ik ook dat dat waar was, maar om het ook werkelijk te leren herkennen en zien... dat kost tijd.

En zo verstrijkt de tijd, de weken rijgen zich aaneen tot maanden, waarin ik hem probeer trouw nabij te zijn, mijn spreuken voor hem te zeggen, de verbinding te verzorgen door dit elke dag opnieuw te doen. Door mee te voelen hoe zijn ziel steeds groter en wijder wordt. Door beelden op te roepen uit zijn leven, hoe hij was. En ook door de plaats te verzorgen waar zijn beenderen rusten, overgegeven aan de donkere aarde, onbeweeglijk en stil.

woensdag 5 mei 2010

God's Grandeur- Gerard Manderley Hopkins, 1918


















THE WORLD is charged with the grandeur of God.
It will flame out, like shining from shook foil;
It gathers to a greatness, like the ooze of oil
Crushed. Why do men then now not reck his rod?
Generations have trod, have trod, have trod;
And all is seared with trade; bleared, smeared with toil;
And wears man’s smudge and shares man’s smell: the soil
Is bare now, nor can foot feel, being shod.


And for all this, nature is never spent;
There lives the dearest freshness deep down things;
And though the last lights off the black West went
Oh, morning, at the brown brink eastward, springs—
Because the Holy Ghost over the bent
World broods with warm breast and with ah! bright wings.



maandag 3 mei 2010

Pasfoto


Vanochtend bedacht ik me opeens dat ik zo graag weer eens naar de kathedraal van Chartres zou gaan... Ik ben er twee keer eerder geweest, en nog steeds verliefd op de kathedraal en de omgeving. Het is meivakantie, ik heb er het geld ook wel voor. Dus ik ga morgen eens kijken of ik treinkaartjes kan bestellen.
Maar: Isolde heeft nog geen ID, en aangezien ik alleen een ID-kaart heb en ze dus niet 'bijgeschreven' kan worden, moet ze een eigen ID.
Dus op naar de fotograaf voor een pasfoto van onze twee-jarige!

zondag 2 mei 2010

Ahriman


Onlangs kocht ik in Amsterdam deze Ostheimer van Ahriman.
Rudolf Steiner heeft veel over de twee tegenmachten geschreven en gesproken. In plaats van één 'duivel' of kwade macht spreekt hij over twee 'tegenmachten'. De ene, Ahriman, brengt de mens in de materie, in het verstarrende, het machinale. Maar hij heeft de mens ook de techniek gebracht. De ander, Lucifer, wil de mens weg van de aarde leiden, en brengt het oplossende, naar de illusie, het 'uit je dak gaan'. Maar hij heeft de mens ook de kunst gebracht.
"Wij hoeven Ahriman niet te haten en Lucifer niet te vrezen als zij de plaats hebben die hen toekomt" zegt Steiner.
En waar de mens vrij is van de beide tegenmachten, is in het eigen midden, in het hart.
Op de grote sculptuur 'de Mensheidsrepresentant' zie je een Christusfiguur, die ook voor ieder van ons staat, tussen de beide tegenmachten, één hand ten hemel geheven, de andere hand richting aarde. Zo staat hij tussen de beide krachten, en beheerst ze in zichzelf.

Zie ook: het Raadsel van de Sfinx, W. Mees
De mens en het kwaad, H.-W. Schroeder

Crash

Onze computer is een paar dagen helemaal gecrashed geweest.
We wisten niet hoe we het hadden. Mijn hele sociale netwerk lag plat!
Morgan en ik zaten elkaar aan te staren in de stilte: ons huis klonk gewoon niet meer hetzelfde zonder het geruststellende gebrom van ons oude, blauwe bakbeest.

Gelukkig kon Hans het maken door de harde schijven op een andere computer over te zetten.
Een snellere computer. Maar één die een heel ander geluid maakt. Een gebroken wit dingetje dat klinkt als een stofzuiger.
"Ach, ik zal er wel weer aan wennen," zei Morgan.

Maar het belangrijkste: we zijn er weer.