maandag 19 september 2011

Woelige tijden


Vlak na de zomervakantie heb ik me ziek gemeld op mijn werk. Uiteindelijk ben ik maar één week thuis geweest, maar alles lag opeens overhoop. Alsof er een flinke rimpel in de vijver ontstond. En zoals dat gaat met water: als er één rimpel komt, gaat alles bewegen en blijft niets meer helemaal hetzelfde.
Met pa gaat het nog even zijn gangetje. Hij draagt de dood echt met zich mee, dat zag ik meteen, maar ik denk dat hij nog iets langer blijft dan gedacht. ik denk een paar maanden. Ondertussen zijn ook de laatste weken aangebroken van mijn ex-schoonmoeder, de oma van mijn oudere kinderen, die 20 jaar mijn schoonmoeder geweest is.
Ik voel me wel wrakkig... als iemand de juiste vragen stelt, zitten de tranen heel hoog. Al raak ik ook in een lichte paniek als iemand de juiste vragen stelt, tegelijkertijd verlang ik daar ook naar. Ik kan het haast niet, ik wil het ook niet, maar ik wil het ook wel. De laag die onder de bovenste laag zit, de laag waar de intuïtie zit en die streeft naar dat wat nodig is, die wil het. Na een jaar dagelijks hoofdpijn vroeg vandaag iemand me, wat ik zelf ook al wist: wat denk je aan je pijn te hebben? Welke vraag stelt je pijn aan jou? Wil je er van af? Is er ergens een 'ziektewinst'?
Ik denk zelf dat er heel veel onder zit, en omdat dat er niet uit kan, gaat het omhoog stuwen. Het voelt alsof iets heel hard er uit wil. En omdat dat niet lukt, gaat het stuwen en pijn veroorzaken. Daarvoor heb ik antroposofische medicijnen, die heel veel huilbuien hebben opgeleverd, tot paniek aan toe en uiteindelijk dus ook tot het gevoel: ik kan niet op deze manier mijn werk blijven doen. Vandaar de ziekmelding en nu het langzame weer opstarten en opbouwen.
Ik weet niet of ik het aandurf om er echt in te duiken.
Nog steeds is de dood van Ravian zo moeilijk. Ik heb een tijdlang geprobeerd het licht er in te zien, het te 'accepteren', al word ik al naar van het woord alleen. Soms kon ik het zo mooi zeggen dat ik er zelf van moest huilen. Hoe vaak ik niet gehoord heb: je moet echt een boek schrijven!
Op dit moment wil ik helemaal geen boek schrijven, ik wil het ook niet mooi zeggen, ik wil het ook niet accepteren. Misschien dat het lukt om eindelijk, eindelijk, de dingen te laten zijn zoals ze zijn. En dat betekent misschien wel: loslaten dat het geaccepteerd en doorgeworsteld en verwerkt moet worden en wat al niet meer. Niets moet. Als ik het mijn leven lang niet ga accepteren, dan is dat het. Als het wel lukt, dan is dat het.
En ben ik weer een jaar verder, dan denk ik misschien: ik dacht dat dàt het was.. little did I know... Uiteindelijk is alles altijd weer onvoorzien en komen de dingen altijd anders dan ik dacht, tot nu toe tenminste.
Ik weet dat er nog een heleboel tranen zitten, zoveel tranen dat ik er zowat in verdrink. Ik ben ook echt bang van de tranen en van alles dat daar nog zit, verborgen en ergens ook gekoesterd.. het vraagt zoveel behoedzaamheid... soms zou ik wel mijn neus dicht willen knijpen en gewoon in het diepe springen. Maar ik ben er zo bang voor. Ik ben bang dat er dan geen bodem is.
En tegelijk wil ik het dus wel.
Maar niet alleen. Niet in mijn eentje.